maandag 15 oktober 2007

De encountering community

Tsja, en dan word je toch bepaald bij: is dit het type kerk dat ik voor ogen heb? Ik wil dan nog iets verder kijken: is dit de gemeenschap zoals God die voor ogen heeft? Daarbij is het mijn inziens veel te makkelijk om zomaar “nee” te zeggen, maar eveneens om direct “ja” te zeggen. Ons blikveld verruimen – of misschien wel verengen – naar Gods visie is niet zo makkelijk (met elkaar blijven we interpreteren), maar het zal steeds de Bijbel zijn waarnaar we moeten refereren of onszelf aan moeten (laten) toetsen en op die basis pleit ik voor een encountering church of zo je wil: community.

De ervaringen, pijn en twijfels op grond waarvan meerdere mensen bijna revolutionair hun zoektocht beginnen buiten de “staande” en bekende organisatie van kerken en gemeentes, hebben o.a. drie aspecten in zich:
  • Eindpunt

Deze mensen besluiten na veel gesprek, gebed, aarzeling dat zij hun oude gemeenschap achter zich laten en vaak in eerste instantie dakloos worden. Wat gebeurt er met de relaties die men in de bestaande omgeving heeft?

  • Startpunt

Met een open blik - ha! misschien zelfs verlangend naar een nieuw denkraam - is men bereid oude vanzelfsprekendheden ter discussie, ter overweging te stellen. Beweegt men ook naar gelijkgestemden.

  • Signaal

Het feit dat meer en meer mensen iets missen in de bestaande situatie – of ergens tegenaan lopen - behoort te worden opgevangen als signaal áán die bestaande gemeenschap. Die signalen zijn uiteraard persoonlijk en divers, maar zullen bij onderzoek blijken goed samen zijn te vatten in enkele rubrieken.

Eindpunt is startpunt, waarna een route wordt gevolgd die persoonlijk en heel divers is, maar ook vaak samenloopt in initiatieven die onder de verzamelterm emerging church langzaamaan bekender worden. Emerging – een opborrelende, ontwikkelende gemeenschap. Luctor et Emergo, “ik worstel en kom boven”. Het bovenkomen zijn de initiatieven, de worstelingen zijn signalen.

En dat is hetgeen wat mij nu boeit: waarin zijn die signalen samen te vatten? Hoe bereid zijn de “bewegenden” hun beweegredenen te geven , hoe eerlijk zijn die redenen en vooral: hoe bereid zijn de gemeentes in leiding en leden om lerend te luisteren? Ondanks de stappen van mij en Marianne wil ik die vraag ook aan onszelf stellen.

Ik geloof niet in het afgeschreven zijn van de huidige structuren, ik denk dat de menselijke interactie, in welke samenwerkingsvorm dan ook , steeds de kwetsbare schakel is. Tevens denk ik dat wij gemeente “anchored to the Rock, but geared to the times“ moeten zijn, vast verankerd met de tijd mee gaan.


Ik pak er één generieke (samenvattende) beweegreden uit: Men voelt een steeds grotere afstand tussen elkaar in de gemeente en tussen de Heiligheid van God en de wijze waarop er wordt samengekomen. Als wij een lerend luisterende gemeente willen zijn (en de kaders daarvan vind ik terug niet alleen in het boek Handelingen, maar ook in de brieven van Paulus, Petrus, Johannes en Jacobus aan de gemeentes en hun leiding ), dan zullen we meer encountering moeten zijn.


Encountering als elkaar van hart tot hart ontmoetend. Dat zal hoogstwaarschijnlijk grenzen stellen aan de grootte van kerkelijke gemeentes; men moet elkaar ook kúnnen ontmoeten. En dan ook samen encountering, samen tegen zaken oplopen, die durven te benoemen en te doorleven. Een encounter kan ook een harde noot zijn die moet worden gekraakt. Gemeenteleiding is liefdeloos als zij niet broeder- of zusterlijk mensen aanspreken op hun gedrag of geestelijke ontwikkeling. De gemeente als geheel wordt slap als wij onze herders laten aanmodderen en de gesprekken niet aandurven.


Encountering the Highest. Het gaat helemaal niet om ons, hoe onprettig we dat ook vinden; het gaat niet om het plezieren van onze eigen zintuigen. Hoewel dat wel hetgeen is wat vaak de hoofdrol speelt. Primair en uiteindelijk gaat het om de Heilige God zelf en dat Hij onze levens tot Zijn beschikking heeft. Durven wij Hem zo te ontmoeten, ons doen, laten en denken aan Hem te toetsen? Niet alleen bij onze zondagse diensten, maar in het leven van alledag en met allemens?


Dit zijn de ontmoetingen zoals God aangeeft in de Bijbel waar Zijn hart naar uitgaat. Als wij die ontmoetingen niet wensen … “dan moet iemand maar de deuren sluiten” (Maleachi 1:10).

Rob

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Rob,

Je overpeinzingen gelezen.
Indrukwekkend.
We leven met jullie mee.

Hans

Rob Haster zei

Ach, laten we samen maar meeleven met zoveel schaapjes die aan het verhongeren zijn. Maar, dank je wel!

Rob